ariealt.net


maandag 31 januari | 1

Op hoop van zegen, werk ik met mn Ibook waarvan het scherm problemen heeft. Terugkeren naar mn 4400 (met ethernetkaart en dus met internet) is te problematisch. Systeem 7.5 en 4.5 Netscape Communicator, dat wil zeggen: de data komen binnen als je surft maar bij de helft van de sites 'vertikt' de browser om de data af te beelden. Natuurlijk: die 4400 werkt als een zonnetje, ook na een half jaar zonder eenmaal opstarten.

Laptops en identiteit. Wie ben ik nog zonder onmiddellijk aansluiting, zonder de mogelijkheid tot instant publiceren? Zonder continue toegang tot e-mail. Als ik niet continu een node in het netwerk kan zijn?

Noodgedwongen richt ik me op het lezen van boeken. Noodgedwongen schrijf ik A4-tjes vol met aantekeningen voor de colleges die ik in februari en maart zal geven (een mix van 'onderzoeksmethoden', 'schrijven voor het web' en 'culturele identiteit, media en netwerksamenleving'). Niet de onmiddellijk omzetting naar 'sheets', maar noodgedwongen reflectie.

12 ritjes en 640 kilometer. Het was een heel zachte januari. Dit moet een (persoonlijk) record zijn.

Vakantie geboekt voor de 1e week van mei: fietsen in de Vogezen. Ballon d'Alsace, Ventron, Hohneck.

Mn vader wees me op een historische onjuistheid in deze pagina en mn moeder ook. (Ja, ze lezen allebei deze weblog). Hierbij gecorrigeerd.


woensdag 26 januari | 2

Nee. Niet weer, alsjeblieft. Mn powerbook, bijna gloednieuw. Start op geen enkele manier meer op. Morgen wegbrengen. Ellende. Hier word ik nog veel bozer van.

woensdag 26 januari | 1

Hoe stupide... Ik raak verzeild op de site http://www.netlibrary.com/Login.aspx, via mn login op 'Blackboard Learning System Trade Mark Release 6.0' van de Hanzehogeschool in Groningen. Uit de handleiding voor de eBooks van Netlibrary (waartoe ik overigens geen toegang weet te krijgen en die zo te zien grotendeels meer dan 20 dollar per stuk kosten): "You may browse an eBook without logging in. Browsing an eBook is the equivalent of taking a book off the shelf and looking through it. While you are actively using it, no other user will have access to it. If 15 minutes elapses without active use, the eBook is 'put back on the shelf' and another user will have access." Ja, het staat er echt: "While you are actively using it, no other user will have access to it." Wat is dit voor volstrekte onzin, en academische bibliotheken en onderwijsinstellingen gaan in zee met deze volledig kunstmatige manier om kennis schaars te houden? Stel je voor: 'deze html-pagina is tijdelijk niet beschikbaar omdat een andere gebruik 'm bekijkt.' Bah. Wat word ik hier boos van.

Raad eens in welk programma de lijst met publiek toegankelijke boeken is gemaakt? Juist: Microsoft Excel. 'Ze' willen ook echt dat ik illegale software gebruik ;-)


dinsdag 25 januari | 1

Verjaardag. Ik krijg Joyce in Art van F. Prachtig boek, een overzicht van beeldende kunst 'die iets met Joyce te maken heeft'. Samengesteld, uiteraard, ter gelegenheid van de 100ste Bloomsdag, vorig jaar, en hoort bij deze tentoonstelling: http://www.royalhibernianacademy.com/HTML/pastexht/joyce_in_art.html. Als extra cadeautje valt precies vandaag een exemplaar van Carlo Emilio Gadda's Acquainted with Grief in de bus -- tweedehands, online besteld, uit de VS laten komen. (Gadda-stuff online: http://www.arts.ed.ac.uk/italian/gadda). En replyt Amazon onmiddellijk op mijn mailtje: dat ze Flight to Neveryon van Delany, 2 maanden geleden besteld en nooit aangekomen, alsnog nasturen. Letterhonger.


maandag 24 januari | 4

Afgelopen vrijdag gekocht en dus eindelijk ns gelezen: Towards a Philosophy of Photography van Vilem Flusser. Het is een heldere en inspirerende analyse van technologie. Zijn gebruik van de term black box en apparatus zijn lekker bruikbaar in het (kunst)onderwijs. Stap voor stap opbouw van zijn visie. Kort essay na essay. Flussers is ergens deterministisch, in de zin dat alles vanuit de technologie wordt gezien en geanalyseerd, maar wat hij schrijft snijdt wel hout. Via fotografie, gaat het over de post-historische en post-industrieele werkelijkheid en hun verhouding tot het beeld. Blijkbaar zet Flussers manier van argumenteren aan tot annoteren; na 1 lezing staat mn exemplaar al vol sterretjes, lijntjes en kringeltjes (de laatste voor passages die ik twijfelachtig vind -- ze duiken op waar Flusser het over geschiedenis en post-histoire heeft).

Definitie van de fotograaf (niet de kiekjes-schieter): "a person who attemps to place, within the image, information which is not predicted in the program of the camera."

Waarschijnlijk het belangrijkste boek dat ik nooit gelezen (zelfs niet in het echt gezien) heb: Die Schrift van Flusser. (Zie ook Jouke Kleerebezems tekst in de Metropolis M van pakweg een jaar geleden).

maandag 24 januari | 3

Kijk, dat is wat ik met 'film' bedoel: Herz aus Glas van Werner Herzog. Waar de beelden het 'werk' doen. Ik schreef bijna 'het verhaal vertellen', maar dat dekt de lading niet, aangezien er meer betekenis schuil gaat in de beelden van deze Werner Herzog-film uit 1976, dan een verhaal. Vrij statische beelden, maar elke scene, elke kadrering zo precies als een zeventiende/negentiende-eeuws schilderij. Enigmatische teksten, voorspellingen over een nieuwe wereld (in zo'n 'plat' Beiersch dialect dat ik ondertiteling echt nodig had). Prachtig gebruik van double exposure (denk ik), waardoor je tegelijkertijd wordt opgeslokt door de landschapsopnames en distantie houdt. En -- uiteraard, het is 1976 -- een onderhuids revolutionaire inhoud. (En, bonus, een soundtrack van Popol Vuh, Duitse spacerock en middeleeuwse muziek).

(Met gebruikelijke Werner Herzog-gekte: hij liet bijna alle -- niet-professionele -- acteurs onder hypnose spelen. Alle middelen in de film lijken in dienst te staan van het bij de kijker opwekken van een staat waarin fascinatie en distantie samengaan.)

maandag 24 januari | 2

Soms kan ik intens gelukkig worden van fietsen. Zaterdagvoormiddag in januari, in de verte hangen buien, maar ik rij in de stralende zon, met een zacht windje in de rug verder en verder, Ouderkerk, Ronde Hoep, Ronde Venen, Wilnis, Breukelen, Vreeland, Ankeveense Plassen, Weesp. Plekken waar ik niet vaak zo vroeg in het jaar was. Op het einde tegenwind, maar niet vervelend. Het geluksgevoel zal ook wel iets met fysiologie te maken hebben. 85 kilometer en dat in januari. En prachtig licht.

Zondags schijnt de zon opnieuw. Einde van de ochtend de fiets op, zodat ik om 2 uur terug kan zijn. de zon en wind in de rug verleiden me en ik rij toch een rondje Botshol. Zie de hemel boven Amsterdam betrekken als ik omkeer, en de noordwestenwind is veel harder en gemener dan ik dacht, geen zon meer en meteen een stuk kouder. Ik worstel een uur tegen de harde wind in, kom ruim voor het slechte weer, en maar net voor 2 uur thuis.

maandag 24 januari | 1

Ook ik ben de kwaadste niet (zie http://sporenburg.blogspot.com/2005/01/ik-haat-kettingbrieven.html).

1. Wat is de totale grootte aan muziekbestanden op je computer?
9.82 gig. Maar dat is alleen de harde schijf op mn powerbook. Overigens inclusief de aiffs van Oorbeek.

2. Wat is je laatst gekochte cd?
Brian Ferneyhough, die oranje CD met het 4th string quartet, Kurze Schatten II, Terrain en Trittico per G.S.

3. Wat is letterlijk het laatst geluisterde nr voor je dit bericht las? Euh... Mag ik smokkelen? Nee? Het moet track 12 van een CD met vroege opnames van Art Pepper zijn (geleend van mn J.). Beetje cooljazzerige bop, eind jaren veertig. Gisteravond geluisterd onder het koken.

4. Geef 4 nrs door die je heel vaak luistert of die veel voor je betekenen.
Pfff. Zo'n vraag veronderstelt dat je een ipod hebt en 'favorite playlists'. Ja, de meeste muziek speel ik vanuit itunes, maar ik heb altijd een hekel gehad aan die playlists. Ik mik gewoon een paar folders met mp3s op die ene playlist. Of, ja, de vraag veronderstelt dat je vaak naar dezelfde tracks luistert. (Wat schijnt te gebeuren als je de 'meest gedraaid' playlist gebruikt).

'Waarom altijd de vraag bekritiseren, waarom niet gewoon antwoord geven?' Ik weet geen antwoord op deze vraag. Ornithology van Charlie Parker? Dat ene liedje van George Brassens? Kurze Schatten van Ferneyhough? India van John Coltrane? De strijkwartetten van Anton Webern? (Nee, die tellen niet, want daar heb ik al zeker 6 jaar niet meer naar geluisterd. Die maakten zo'n indruk dat ik er eigenlijk nooit weer naar heb durven luisteren). Ik weet het niet. Ik vind het een onmogelijke vraag. Zucht.

Meest geluisterd volgens mijn huidige versie van itunes (die gaat 1 maand terug): de stream van last.fm (7 keer), liedjes van The Ex (4 keer), Hank Mobley, Sonny Rollins, Spaceways Incorporated, Fe-mail, Iannis Xenakis (Electro Acoustic Works), 3 keer. Maar er zijn Cds waar ik de afgelopen tijd vaker naar heb geluisterd: Coltrane Jazz, Samuel Vriezen, Eyvind Kang.

Het lijkt wel marktonderzoek. Het levert wel weer een goeie google-pagina op.


vrijdag 21 januari | 1

(11.15)
Ja, er is airport op de 11de van het TPG-gebouw. In ieder geval voor vandaag. Dus ik zou 'live' kunnen bloggen. http://www.decadeofwebdesign.org.

Vooraf drink ik koffie bij Mediamatic (5e verdieping). Willem V. komt binnenlopen, als hij hoort dat ik naar A Decade of Webdesign ga, zegt hij: 'Weet je, ik was zo verbaasd dat het over de afgelopen 10 jaar gaat -- we zijn nog maar net begonnen --'.

Natuurlijk heeft hij gelijk. Maar die eerst 10 jaar zijn vreemd... vreemd genoeg om eens terug te kijken.

(12.00)
Peter Lunenfeld sluit zijn lezing af met een waarschuwing: 'pas op voor de geschiedenissen van early adaptors; de best bruikbare histories of practice worden geschreven door hen die naar de toekomst kijken.' (Verder had hij t over de inbedding van de geschiedenis van webdesign in het discours van de new en post-economy, t dotcom-perspectief, en het tijdperk dat loopt van Gorbatsjov (einde van de Muur) en Bin Laden; en hoe het de term design daarin zat verweven: webdesigner ('the creative individual') als persoon die de toekomst belichaamde. Vreemde tijd.

(Volgens mij vonden de meeste webdesigners als snel uit dat websites maken (voor grote opdrachtgevers) vooral over proces en management ging).

Waar zullen we in de toekomst de geschiedenis vinden, vraagt Lunenfeld zich ook af -- behalve in de Wayback-machine van Archive.org. Misschien wel in de boeken met titels als 'Cool Website Design.' Maar die reproduceerden niet zelden 'desisgnersites' van designer, die hun eigen 'kunde' aanprezen. Kijk je daarna dan wordt de geschiedenis van 'cool websitedesign' een selffulfilling prophecy (o.i.d.).

(Het is een aardig idee om terug te kijken op die boeken, maar eerlijk gezegd, daarvoor vind ik het nog te vroeg. Ze hebben nog niet genoeg 'geschiedenis' verzamelt. Beter de geschiedenis vanuit de toekomst zien -- internetgebruik en internetapplicaties en websites maken nu, lijkt dat nog op wat ooit, in die boeken, werd geïdentificeerd als webontwerp).

(12.30)
Franziska Nori spreekt over de 'preservation' en archivering van digitale cultuur (en kunst). Om zo een 'durability of access' te garaderen. Toont http://www.digitalcraft.org. De problemen ervan, de oplossingen (of alle hardware en software bewaren, of emulatie). Want het verleden moet bestudeerd kunen worden om een visie op de toekomst te kunnen ontwikkelen.

(13.00)
Adrian McKenzie analyseert de ontwikkeling van Java in de context van het WWW; gebruikt daarvoor de categorieën 'agency' (wie doet wat), 'materiality' (waarvan is het gemaakt) en 'sociality'. Hij sluit af met de conclusie dat ironisch genoeg, het analyseren van code (de code-kant van het web), je in staat stelt om het web als een cultureel proces in de tijd te zien.

En toen had ik nog wel airportontvangst, maar geen internettoegang...

(15.00)
'Do not put people in classses as amateurs & professionals', zegt professional amateur John Chris Jones. En hij haalt Thoreau aan: 'What you write out of doors is totally different'. Hij leest voor uit http://www.softopia.demon.co.uk/2.2/digital_diary_05.01.19.html. Communal reading, pas mogelijk sinds nieuwe media. Hij schrijft buiten, bijvoorbeeld, zoals in dit geval, wandelend in de bossen van Hampstead Heath.

John Chris Jones schreef in de jaren zestig een belangrijk boek waarin 'design' opnieuw gedefinieerd werd. 'Design as participation. Design as meta-discipline'. Meer: http://www.indiana.edu/~iucdp/jonesbib.html en http://www.ellipsis.com/i+e/001.html.

(15.45)
Olia Lialina geeft een overzicht van haar onderzoek naar de elementen van het amateur-web (zoals zich dat vooral midden jaren negentig manifesteerde, maar nog steeds bestaat): 'under construction'-banners, zelfgemaakte buttons, de starry night achtergrond en -- recenter - de smalle xhtml 1.0 en rss-buttons.

(17.00)
De 'talks' die over de toekomst gaan, naar voren kijken, zijn het meest inspirerend. Eigenlijk is er (nog) niet zoveel reden om om te kijken, tenzij je 'in detail' treedt.

Zo spreekt Angela Beesley over de Wikipedia en de manier van kwaliteitscontrole in wiki's. Community self-regulation. Ook mogelijk dankzij: versioning, watchlists, related changes, page histories, user contributionlists, talk pages, user profiles. Shared ownership. En vooral omdat alle tekst door iedereen te editten is, en de eerdere versies opvraagbaar blijven. Zo langzaam naar een 'stable version' werken. Het gekke is, nog steeds als je dit verhaal van wiki's en wikipedia vertelt, zijn er mensen die het nauwelijks kunnen geloven dat je zo een betrouwbare encylopedie kunt maken. (Maar hoe, denk je dan, kwam de betrouwbaarheid van een encyclopedie vroeger tot stand? Analyseer en vergelijk. Goeie opdracht voor studenten.) Ik hou wel van wiki's.

Snelle vraag van Steven Pemberton (voorzitter van de XHTML-workgroup, http://homepages.cwi.nl/~steven/): 'zijn jullie niet bang dat het ineens in elkaar stort, als zombie-machines ontdekken dat ze links kunnen toevoegen, alleen om de hitrate te boosten.'

Zijn lezing heet: 'Ineluctable modality of the visible', naar Joyce's Ulysses en begint met een anecdote over de verfilming van Ulysses uit de midsixties. HTML gaat niet over 'the visible', maar over structuur, of eigenlijk: inhoud, betekenis. The semantic, daar gaat het om. OK, dat is zo, vind ik ook, en als voorzitter van de XHTML-workgroup mag je niet eens iets anders zeggen (insert smiley). En houdt dus een mooie lezing waarin hij de scheiding van structuur/inhoud en vormgeving propageert. (Klikt door de voorbeelden van de CSS Zen Garden).

Ook omdat je belangrijkste lezer blind is: Google. Google 'ziet' alleen wat een blinde kan 'zien'.

Nog een voorbeeld: http://www.clusty.com, als een primitief, simpel semantisch web.

(18.00)
Tenslotte Anne Pascual en Marcus Hauer van Schoenerwissen (tegenwoordig van de Universiteit van California, Santa Barbara). Met screenshots van 'beautiful structures'. Een geschiedenis vanuit het perspectief van visueel ontwerp. Een paar fragmenten die ik oppik. 'The designer creates processes'. Hun persoonlijke selectie: 1996: designers op het web, single page design, print-based esthetiek. 1998: futurefarmers.com, heavy design, small virtual worlds, Fork.de. 1999: hsystems.com, games en gebruik van achtergrondbeeld, shift.jp.org. Dat was de eerste fase (blijkbaar, voor puur visual design?). De ontwerpers uit die tijd vergaten niet zelden de belangrijkste kenmerken van het internet. 2000: praystation, Joshua Davis als de eerste ster van webdesign, die bovendien zijn sourcecode publiceerde. 2000: requiemforadream.com, site met een netart attitude, fake casino's, freeform nonlineair design, clicking and experiencing. 2001: pixelgedoe, pixelstyle-era, mimimi.com, k1ok.net. Dan 2001: content is the new king, information design, backends, databses. Daar blijkt het over te gaan. Method.com. iht.com (als voorbeeld van goed design). Postmethod era: youworkforthem.com, de eerste keer dat voor ontwepers usability niet over Jakob Nielsen ging, maar over henzelf. Dan: het gebruik van standaards, de standaarden gidsen voor het eerst werkelijk de sitebouwers. Puur CSS + HTML neemt table-layout (en Flash) over. Dan: 2004/2005 RSS-syndication. En: del.icio.us, als voorbeeld van puur functionele interface. Straks in 2005: widgets, Dashboard voor OSX 10.4. Afsluiting van structuren zijn mooi wanneer ze gebruiker en maker (meer) mogelijkheden geven.

Zo ontstaat een beeld dat de toekomst interessanter is dan die eerste tien jaar. Het is pas net begonnen.

Zo ontstaat ook een beeld waarin de werelden van de grafisch ontwerper ('zintuigelijk') enerzijds en de W3C, XHTML, scheiding van inhoud en presentatie ('inhoudelijk' -- en ook technisch) naar elkaar zijn gegroeid.

En inderdaad, ook hier blijken semantiek, tagging, social networking en semantic web nu de onderwerpen te zijn.

(18.30)
Naar huis?


donderdag 20 januari | 1

De data zijn gecorrigeerd. Ik liep een dag voor...

Morgen ben ik op http://www.decadeofwebdesign.org/. Ik heb me ook laten strikken om daar een 5-minuten-presentatie te doen voor de 'Timeline Hotspots', tijdens de pauze.

Dus ik heb daar een paar dingetjes voor bedacht: decadeofwebdesign.html. 'Mijn' geschiedenis met HTML. Het kost me trouwens erg veel moeite om precieze data te achterhalen. De vroegste e-mail die ik kan terugvinden dateert van oktober 1994 en daarin klaag ik over mn nieuwe mailadres dat nog niet goed werkt. De vroegste facturen voor 'Netlessen' zijn van maart 1997.


woensdag 19 januari | 1

Het was al uren droog en het knmi zei dat de buienactiviteit in de loop van de middag zou afnemen. Het was kwart over drie smiddags. De lucht was behoorlijk blauw en de zon scheen zo nu en dan. Ik had goed gewerkt. Tijd voor een rondje op de fiets. Om vijf uur terug, dan nog 2 uurtjes werken. Lekker. Hoewel de weg droog was, wisselde ik mn pedalen (van de goed-weer-fiets naar de slecht-weer-fiets). In de winter fiets ik toch lekkerder op mn rammelende oude Concorde die ik niet schoonmaak. Kan ik toch door het Amsterdamse Bos rijden (waar het op sommige plekken altijd modderig is). Omkleden. Shit, alweer half vier, dus inderdaad rondje Oeverlanden - Amsterdamse Bos - Kalfjeslaan - Ouderkerk (om voor donker terug te zijn). Ik rij weg: mooi zonnetje, niet koud. Lekker. Langs de Nieuwe Meer rijdend zie ik dat er, het zal niet waar zijn, een enkele bui hangt, in het westen. De wind is westelijk. Nog geen twee minuten later rij ik in de plenzende regen. De nieuwe overschoenen en de nieuwe winterbroek (met 'windbreaker-stof') bewijzen hun nut. Ik krijg het niet koud. Het Amsterdamse Bos door (modder...), de Kalfjeslaan over, en daarna door de Middenpolder, schijnt de zon prachtig onder de donkere wolken door en zet weilanden en bos in een gouden gloed. Ik rij van regenboog naar regenboog. Bij de hockeyvelden zie ik hoe de regenboog de grasmat bijna raakt. Ik ben nat, mijn fiets zit onder de modder, en dit licht vergoed alles.


maandag 18 januari | 1

Het is opvallend dat er zich momenteel allerlei groeperinkjes manifesteren die beweren 'bezorgd' te zijn over de Nederlandse samenleving (de verrechtsing, de verharding etc.). Type "Nederland niet kapot te krijgen" (met die uiterst vage campagne in de kranten). Ik vind het verdacht. Er klopt iets niet. Nu stoot ik, al googlend naar de opvattingen over culturele identiteit van Hofstede, op de site http://www.rationelepolitiek.nl/. Duidelijk gestudeerde mensen. En weer staat er: "Het Instituut voor Rationele Politiek is opgericht door mensen die zich zorgen maken over de antisociale trends van de laatste decennia.". Ja, maar wie zijn jullie dan? Geen mailadres te vinden, geen naam op de site. Bijdrages zijn anoniem, of zelfs geanonimiseerd! Opnieuw vertrouw ik er helemaal niks van. 'Rationele Politiek', zouden het aanhangers van de Transcendentale Meditatie zijn? Of, zo te zien (whois lookup leidt naar de naam van de eigenaar), is het een eenmansinitiatief?

maandag 17 januari | 1

Soms is het wel frusterend: bij F. thuis 'ziet' mijn wifi-kaartje altijd het netwerk ENTECH en meestal ook de netwerken linksys en blaf. Waarschijnlijk gewone huis-en-tuin netwerkjes. Alledrie onbeschikbaar (natuurlijk heb ik geprobeerd of het wachtwoord voor blaf 'woef' is, of 'woefwoef' of 'fifi', maar nee). Je gaat wel denken: als iedereen zn netwerkjes en internetconnectie zou delen, dan moet 'Draadloos Amsterdam' vrij snel te realiseren zijn... Als, als.

Mijn netwerk draagt niet ver (zes-hoog...). Wie in de buurt is: gebruik als wachtwoord de naam van het netwerk plus een uitroepteken.


zondag 16 januari | 1

Op het feestje -- met open podium -- van de Rocksupplies (= de goedkoopste oefenruimtes van Amsterdam, daar repeteren we iedere week met Oorbeek), ontpopte Klaas K. zich tot vakkundig sessiemuzikant. Eerst speelde hij zoals gewoonlijk met ons, daarna bleek hij niet van de basplek weg te slaan, begeleidde een lange blues, ramde jazzy door de schema'tjes van Hey Joe en was tenslotte gastbassist bij het optreden van Bunny Goes Fluffy. 'Klaas K., ervaren workshopleider, nu ook te huur voor al uw feesten en partijen', zo grapten we na afloop.


zaterdag 15 januari | 1

Vandaag viel de nieuwe brochure met 'cyclosportieve reizen' van Cycletours in de bus. Op de omslag prijkt een foto die genomen is tijdens de reis die ik vorig jaar deed. Ik sta er zelf niet op, maar een aantal van mn reisgenoten wel (Jan het meest prominent).

Ik zal niet de enige zijn die er inmiddels al zes tochtjes op de racefiets op heeft zitten. Ik heb voor januari opvallend veel wielrenners gezien -- afgelopen woensdag zelfs drie in korte broek... --. Vandaag was het prachtig fietsweer, weliswaar kouder, maar met een minder strakke wind. 75 kilometer weggetrapt en dat zouden er meer zijn als ik eerder van huis was gegaan. Ouderkerk - Ronde Hoep - Veldweg - Waverveen - Vinkenveen - Loenersloot - Loenen - Vreeland - Ankeveense Plassen - Weesp. Met zo'n harde laagstaande zon over weilanden vol ganzen.

Media-ecologie: eigenlijk bevalt het best, verstoken van aansluitingen in het huis van F. Ik kom er na mn werk aan, sluit de laptop aan op de versterker om de laatste downloads te luisteren (nu Rollins, Newk's Time, een van zijn beste platen, de ideeen rollen uit zijn tenorsaxofoon alsof het geen enkele moeite kost, een lange stroom inventies, 1957). Tijdens het eten stop ik een video met opgenomen televisieprogramma's in de videospeler, of zet een film op. Even niet afgeleid door het aanbod van nog meer, nog meer en nog meer: alles wat je nog wilt horen en zien en lezen, slechts een paar links weg. In het huis van F. concentreer ik me op wat ik al heb gekozen, (Xenakis, Pour La Paix), en op het aanbod van Radio 4 en radio 747 (nu herinner ik me wanneer De Wandelende Tak wordt uitgezonden), de stapel nog niet gelezen tijdschriften en kranten, en de boeken die ik nu lees en meesleep van mijn huis naar dat van F. Nee, geen gebrek aan media. Wel meer concentratie. Mediaecologie is verantwoorde omgang met wat je tot je neemt.

Zoals vrijdag in de trein (Amsterdam - Breda - Amsterdam): Understanding Uwe Johnson, van Gary L. Baker, een Amerikaanse inleiding op het werk van Johnson. (Waarom juist dat boek? Omdat ie in de Openbare Bibliotheek op de plank stond). Degelijke inleiding op het werk van Johnson, precies wat ik wilde lezen, nu ik aan het worstelen ben met Mutmassungen über Jakob. Goeie plaatsing van zn werk, en dan hoofdstukken van een twintig pagina's over de afzonderlijke romans en verhalen. Het wordt niet theoretisch, maar het is wel degelijk en wetenschappelijk verantwoord. Ik kreeg de antwoorden waarnaar ik op zoek was: de bevestiging van de moeilijkheidsgraad van het werk van Johnson (oftwel: het ligt niet aan mijn kennis van het Duits als ik het niet goed kan volgen), en het een en ander aan historische context (Johnsons positie tijdens de eerste jaren van de DDR). Johnson geeft in dialogen niet aan wie spreekt, schrijft lange monologen waarbij de lezer moet afleiden wie spreekt (c.q. denkt), en mengt soms binnen een passage vertellerstekst (derde persoon) met 'innerlijke monoloog'. Dat om een compleet beeld van een leven te geven. Het levert een complexe tekst op, waarin niet altijd duidelijk is wat er gebeurd, laat staan wat er 'aan de hand is', en er nauwelijks eenduidige antwoorden te geven zijn op de vraag naar de precieze motieven van de personages. Dat maakt Johsons werk fascinerend.

En ja, ik heb inmiddels Bertolucci's The Dreamers gezien, en Omar beloofd om te vertellen wat ik ervan vind. Net als Omar 'vertrouw' ik Bertolucci niet helemaal, en helemaal niet wanneer het over mei 1968 gaat. The Dreamers, 'cinema, seks en politiek', tja, negatief doen is nog het makkelijkst: Bertolucci gaat z'n kans om heel mooie plaatjes van naakte jonge mensen te schieten. Bertolucci slaagt er niet in om de politiek een plek te geven; de politiek is in de film iets van buiten dat niet verstrengeld is met het leven van de 3 hoofdpersonen. Cinema, in de vorm van cinefilie, ja, in die zin is Bertolucci geslaagd (leuk gespeeld met citaten). The Dreamers is geen film over mei 1968, al is de film onmogelijk zonder mei 1968 als achtergrond, als moment waarop, heel even, de tijd zich leek te openen en een utopie van vrijheid realiseerbaar leek (die mythe). Bertolucci is daarin niet geïnteresseerd (in tegenstelling tot Bellocchio die een veel politiekere filmmaker is), hij is geïnteresseerd in hoe jonge mensen zich afsluiten van de wereld, hun eigen wereld scheppen, en de psychologische (zo niet psychoanalytische) kwesties die dan komen bovendrijven. Hangups van het burgerdom. En helaas heel conventioneel uitgewerkt (zie ook Omars kritiek: http://sporenburg.blogspot.com/2005/01/dreamers.html). (Il Conformista is een schitterende film, last Tango in Paris vind ik, vooral vanwege die vreselijke Maria Schneider maar edelporno). The Dreamers is een mooie film, maar eigenlijk komt het allemaal niet zo uit de verf, de cinefilie nog wel, maar de seks en de politiek niet. Het is mooi, maar het raakt niet. Uiteindelijk moest ik nog het meest denken aan Les Enfants Terribles van Cocteau. Kinderen die zich opluisten in een kamer en daar hun rare spelletjes spelen. En dan komt er een steen door de ruit, de lucht komt binnen die de entropie in de afgesloten ruimte doorbreekt (denk aan Pynchon's verhaal Entropy). Mei 1968. Tja. Nee dus. Al wijst Omar erop dat een positievere interpretatie mogelijk is: http://sporenburg.blogspot.com/2005/01/dreamers-deel-ii.html.


maandag 10 januari | 3

Nog iets wat ik u niet wil onthouden. Merkte mn vader -- oud PvdA-wethouder en vakbondsman -- op, tijdens het kerstdiner, dat hij ze in de loop van de tijd allemaal was tegengekomen binnen PvdA of vakbond: Fortuyn, Hirsi Ali en Bart-Jan Spruyt. Alledrie gefixeerd op 1 ding, 1 issue, onwillig om politieke kwesties in een groter verband te zien, weigerend om te denken aan wat hij 'het algemeen belang' noemt, (iets wat je moet willen en kunnen om te functioneren in de politiek --- in plaats van aan de zijlijn je commentaar te spuien). De jonge Spruyt probeerde destijds zijn verhaal over het gevaar van de islam en de migratie te slijten binnen de vakbond. Alledrie, zei mijn vader, werden geleid door de niet aflatende wil om carriere te maken, alleen daardoor, (vermengd met wat ressentiment). Geen wonder dat Fortuyn en Hirsi Ali vanuit 'de partij' te horen kregen dat er voor hen geen plek zou zijn als ze zo doorgingen. Spruyt kreeg geen voet aan de grond binnen de vakbond en werd de Nederlandsche neocon. Ik hoop dat zelfkennis 'm ervan weerhoudt om de politiek in te gaan.. [Correctie 31-1]. Toen mn vader voorzitter was van de Centrale Ondernemingsraad van Philips kreeg hij met Fortuyn te maken omdat deze adviseur was van Philips -- in zake grote reorganisaties. Even dacht mn vader nog: Fortuyn, die komt toch uit de PvdA? Niet slecht. Maar al snel bleek Fortuyn een 'onsympathieke zuiger' te zijn, zonder greintje begrip voor de belangen van de werknemers van Philips.

Een parlementaire democratie functioneert het beste met politieke partijen, organisaties die naar 'het geheel kijken'. Organisaties die '1-kwestie' behartigen moeten wel deel uitmaken van het geheel van stemmen waaruit de democratie bestaat, netzogoed als de stemmen van eenlingen, dwarsliggers en criticasters; je schiet er weinig mee op wanneer ze in het parlement zitten met als enige opdracht die ene kwestie voor het voetlicht te brengen. Ik zal nooit stemmen op zo'n '1-kwestie'-persoon of organisatie. Ik vertrouw ze minder dan een politieke partij met een samenhangend programma. En sommige mensen hebben een karakter waardoor ze niet binnen een politieke partij passen, maar wel perfect geschikt zijn om stukken te schrijven voor het wetenschappelijk bureau van een partij. Een politieke partij kan de context vormgeven van al die stemmen van eenlingen waaruit een democratie bestaat. (Zoiets).

maandag 10 januari | 2

Trek zelf uw conclusies. Van de week wil ik nog The Dreamers van Bertolucci zien (dankzij Omar en diens analyse: http://sporenburg.blogspot.com/2005/01/dreamers-deel-ii.html), misschien wat ouds van Bellocchio en ik vrees dat ik dan de speelfilm weer een tijdje 'voor gezien' ga houden. Ik kom niet af van de nostalgie naar de Europese intellectuele film van de jaren zestig (en vroeg zeventig?), kijk verder liever ouwe B-films.

(Hoe je terugvalt op oude reflexen, zo vaak. Mp3s downloaden en dan eerst op zoek gaan naar hard bop en free jazz: eergisteren Soul Station van Hank Mobley binnengehaald, straightahead hard bop van de bovenste plank. Daar kan ik uren achterelkaar naar luisteren - met Paul Chambers, mijn favoriete bopbassist.)

Waarom toch die noodzaak om mijn positie te bepalen ten aanzien van films, alsof films, als in de glorietijden van de cinema, het debat bepalen, het medium bij uitstek zijn waarin het hedendaagse levensgevoel wordt weergegeven, waarin wordt nagedacht over de kwesties die ons nu aangaan. Dat doen ze nauwelijks. Films zijn al lang niet meer het referentiepunt bij uitstek. Niet voor mij, maar omdat ik soms denk dat ze het voor anderen wel zijn, denk ik er iets over te moeten zeggen.

Want ooit zag ik dag in dag uit films, de Godards, Truffauts ,de Bogart-films, Das Kleine Fernsehspiel, Eisenstein, Kurosawa, Ozu, Bergman, Lang, Herzog, Wenders. Allemaal Duitse tevee, begin jaren tachtig. Maar nee, ik ontwikkelde me niet tot filmgek; het woord is mijn medium.

maandag 10 januari | 1

Goed. Vakantie voorbij. Aan het werk. Regelmaat.

Overweging zoveel met betrekking tot hedendaagse film... En een zoveelste poging tot een positiebepaling. Rond de jaarwisseling heb ik, met F., twee speelfilms in de bioscoop gezien, (netzoveel als in heel 2004...), een flink aantal op DVD, en dan ook nog Heimat 3 op video. Ik heb me vermaakt, maar de balans slaat niet erg positief uit.

Kill Bill 1 is amusant, maar ook niet meer dan een lege herneming van scenes uit de glorietijd van de Hongkong-gemelds-choreografieën. Tarantino is geen cineast, hij is een fan. Voorafgaand aan Kill Bill 1 zag ik zo'n historisch kung-fu-drama uit 1983 (op video): zowel de vertelwijze als de ensceneringen en choreografie van vechtscenes waren inventiever en meeslepender dan die van Tarantino. Met andere woorden: een amusante reis langs motieven uit de filmgeschiedenis, maar helaas nietszeggend. Bij Kill Bill 2 sukkelde ik zelfs in slaap. De hedendaagse (Amerikaanse publieks-) film lijkt soms niet veel meer te zijn dan 'stijl'. Het weet me niet echt te boeien. (Wat Uma Thurman betreft is Tape een veel betere film, en dat is de 1-op1 verfilming van een theaterstuk... ).

Ik heb overigens niets tegen amusement (soms denkt men dat vanwege mijn kritiek). Op Terschelling zag ik The Italian Job, zo'n misdaadkomedie met Michael Caine, uit 1969, dus ook heel stylish. Genieten. (Waarom heb ik daar niks tegen, en bekritiseer ik Tarantino? Omdat het minder 'in your face' is? Minder gericht is op onmiddellijk visueel geweld en effect? Minder pretentie heeft? Omdat het lichter van toon is?)

Terug van Terschelling wilde F. graag naar de bioscoop. Of er een film was die ik wilde zien... Uit het totale aanbod waren er 2 die ik best wilde zien. Eternal Sunshine of the Spotless Mind -- die haalden we niet meer -- en Buongiorno Notte van Marco Bellocchio, omdat die film over de Brigate Rosse en Aldo Moro gaat.

Het zal ermee te maken hebben dat ik buitensporig geïnteresseerd ben in de Europese radicale bewegingen van de jaren zeventig, en in de Italiaanse in het bijzonder, dat ik heel erg te spreken was over Buongiorno Notte. De film vertelt het verhaal van de gevangenneming van Aldo Moro door de Brigate Rosse vanuit het perspectief van een vrouwelijke brigatista in het huis waar ze Moro vasthouden. Bellocchio -- die zelf een radicaal links verleden heeft -- slaagt erin de tegenstrijdige posities van de (politiek) bij de zaak Moro betrokkenen neer te zetten. Natuurlijk ontkomt hij er niet aan om Moro zo goed als heilig te verklaren (wat de loop van de geschiedenis ook heeft gedaan), hij zet ook de benauwende ideologische starheid van de Brigate Rosse neer, de hypocrisie van de Democrazia Cristiana, de onmogelijke positie waarin de BR terecht komt als niemand een poot uit blijkt te steken om Moro te redden. Bellocchio zet de politiek-historische inkadering van de BR in perspectief door ook te verwijzen naar het partizanen-verleden van na-oorlogs Italie. En sterker: hij toont ook de ideologie van de DC, zoals vertolkt door Moro, en laat zo een glimp zien van de redenen voor het verzet van extreem links. Hij toont de stalinistische starheid van de BR en de hypocriete katholieke menslievendheid van de DC. Moro ziet de DC als de partij van het volk, een volk dat vraagt om rust en stabiliteit, een volk waarin de familie de hoeksteen van de samenleving is en de paus de vader van allen is. Een volk dus dat zich liet (en laat) ringeloren door hypocriete en omkoopbare machthebbers. Bellocchio spelt het niet voor ons uit, hij maakt er geen traktaat van, hij legt niet uit, hij biedt de bouwstenen aan. En voegt terloops een metafictioneel element toe en droomt, met de vrouwelijke hoofdpersoon, dat Moro 'snachts zijn cel verlaat en naar huis loopt. De cruciale scene is niet als Moro, die zijn ontvoerders niet ongemaskerd krijgt te zien, vraagt of een van hen een vrouw is (want zijn kleren zijn zo netjes opgevouwen); de cruciale scene is even daarna, als Moro zijn laatste brief aan de paus voorleest, zijn allerlaatste smeekbede, waarop de hoofdpersone geluidsloos huilt, maar als haar wordt gevraagd wat zij van de brief vindt, herneemt ze zich en verklaart dat de brief liefdeloos en veel te afstandelijk is. Die scene vat de ambiguïteit van de Italiaanse 'jaren van lood' samen.

Ik verliet opgetogen de bioscoop, om vervolgens te moeten vaststellen dat F. -- ook in het nadeel omdat ze aangewezen was op de Nederlandse ondertiteling -- er nauwelijks de helft van had begrepen, niet bekend met de recente Italiaanse geschiedenis, nooit eerder gehoord van Aldo Moro, niet op de hoogte van de rol van de DC. En ik blij omdat in deze film nu eens niet alles werd uitgelegd.

De volgende dag gingen we alsnog naar Eternal Sunshine of the Spotless Mind, door de pers de hemel in geprezen. Mooie film. Niet in slaap gevallen. Wel, zoals altijd, een flinke instorting van de aandacht op driekwart van de film (altijd dezelfde ellende met Amerikaanse films). Het is intrigerend dat er de laatste tijd zoveel Amerikaanse films zijn die handelen over het geheugen (het verlies daarvan, het manipuleren ervan) en de tijd. Dat is een vaststelling. Nu de film op zichzelf. Goeie film. Maar niet de ophef waard, ja, mooi spel van Jim Carrey en mooie plaatjes (die scene met het bed in de sneeuw is aardig, maar om daar nou een punt van te maken zoals de pers deed...) Goed gedaan: het digitaal uitwissen van delen van het beeld -- al word dat een beetje videoclipachtig alleen om het effect. Wat blijft is de indruk dat de film ofwel teveel wil, of niet durft te kiezen (als dat niet identiek is). Altijd dezelfde ellende met Amerikaanse films. Het had een traktaat over het geheugen kunnen zijn, en even lijkt het dat te zijn, maar het durft dat niet te worden. Het had een pure effectenfilm kunnen zijn, een SF-verbeelding van het manipuleren van het geheugen, maar dat wordt het niet. En zo blijft het een romantische film over de liefde. Ik moest ineens aan Badiou denken, en diens (problematische) idee dat er een moment is waaraan je hoe dan ook trouw blijft (of wilt blijven). (De liefde, mei 1968, de Russische revolutie). Dat je daarna verdergaat, verderbouwt, ruziemakend, in de sleur, maar trouw blijvend aan dat moment, je kunt ook niet anders. Dat lijkt de moraal te zijn van Eternal Sunshine of the Spotless Mind. Maar waarom dan al dat SF-gedoe op driekwart van de film met de strijd in het hoofd van Jim Carrey, tegen het uitwissen van dat moment? Teveel willen, niet durven kiezen en vooral: een gebrek aan durf om 'intellectueel' of filosofisch te zijn.

Ja, een mooie film. Best goed. Maar als dat bij het beste hoort wat de filmindustrie tegenwoordig produceert, hoe onwaarschijnlijk middelmatig is de rest dan?

Tenslotte: Heimat 3 van Edgar Reitz. De recente geschiedenis van Duitsland verteld aan de hand van een handvol personages. Veel publiciteit gekregen. Het kan u niet zijn ontgaan. Mij zeker niet, Heimat-fan Reinder Rustema woont 'om de hoek'. De eerste aflevering helemaal gezien (de goede verstaander begrijpt het al...). Ondanks het feit dat het een beetje teveel van het goede is dat de hoofdpersoon een succesvol dirigent is die net al de Muur valt in Berlijn is en daar zijn jeugdliefde terugvindt en ook maar meteen een bouwval in de Hunsruck koopt en die laat opknappen door de Ossies, ga je toch meeleven met de karakters en komen ze tot leven. Ik bedoel: voor een teveeserie die is gebaseerd op 'verissimilitude' en herkenbare karakters is het eigenlijk wel erg veel onwaarschijnlijk toeval bij elkaar. Het wordt wel een beetje teveel als dezelfde succesvole dirigent ook nog de opdracht krijgt om de Wiedervereinigungssymphonie te schrijven. Nog onwaarschijnlijker wordt het wanneer de broer die aan kunstsmokkel doet met een privevliegtuigje naar Rusland gaat en er wordt opgepakt, en jaren later terugkeert met Russische immigranten. En zo stapelen de onwaarschijnlijke toevallen zich op, tot het niet meer leuk is, en behoorlijk saai en voorspelbaar was het bovendien ook al. Met andere woorden: je moet precies de juiste graad van vermoeidheid hebben bereikt om onderuitgezakt te kijken en nergens anders zin in te hebben en toch niet in slaap te sukkelen. Halverwege aflevering drie ben ik de krant gaan lezen. Ben ik te kritisch?

Waarom al die ophef over Heimat 3? Heimat 1 herinner ik me als uiterst meeslepend, en F. zag 'm onlangs pas en was razend enthousiast (maar haakt ook langzaam af bij '3'). De verwachtingen over Heimat 2 waren hooggespannen: jaren zestig, politieke en muzikale revolutie! Maar die bleken best aardig, maar nogal vlak geschetst. Heb het destijds half gezien. Nu met Heimat 3 werd ik goed warmgemaakt door de aandacht van de pers en had ik wel zin in eindelijk weer eens een televisieserie, goed voor de dagen rond de Kerst. En weer haak ik af.

En dan moet ik toch iets zeggen over de teveeserie Jahrestage, naar de roman van Uwe Johnson, verfilmd door Margaretha von Trotta. Twee jaar geleden op Arte uitgezonden: http://www.arte-tv.com/de/wissen-entdeckung/. Nooit iemand over gehoord. De recensies online zijn meestal unaniem vernietigend (statische regie, slechte acteurs, typisch ARD en Arte die proberen tegemoet te komen aan de goede smaak van de hoger opgeleide kijker, weggegooid publieksgeld, zie http://www.jump-cut.de/jahrestage.html). En ja, Jahrestage is niet te verfilmen, maar de lotgevallen van Gesine Cresspahl wel, en die vond ik stukken meeslepender (de statische regie en het slecht spel vielen mij niet op) dan de levensloop van onze naar de Hunsruck terugkerende dirigent en de ontwikkelling van het verenigde Duitsland in Heimat 3.

Sportgeschiedenis dan. De archieven zijn geopend en zo nu en dan worden we getrakteerd op oude beelden van beroemde sportgebeurtenissen. Ik smul daarvan. Vooral als het wielrennen betreft. (Een andere keer zal ik eens een filosofietje opzetten over de aantrekkelijkheid van sportgeschiedenis, en het belang ervan ). Onlangs was De avond van Ard en Keesie op Nederland 3. Over de gouden jaren van de schaatsers Ard Schenk en Kees Verkerk. Getapet en in uitgesteld relais bekeken. (Maar goed ook, want het was zo'n uitzending waar je de fast-forwardknop nodig hebt om de te snel afgekapte gesprekjes te skippen (vooral niet diep ingaan op de kwesties, vooral iedereen hoogstens 20 seconden aan het woord laten meneer de gespreksleider)). Prachtige beelden. En kijk, ik had me nooit gerealiseerd dat de opkomst van Ard en Keessie gelijk viel met de komst van het kunstijs en de eerste rechtstreekse televisieuitzendingen. Die verwevenheid van technologie, media, en maatschappelijke kwesties interesseert me in de sportgeschiedenis, ook de verwevenheid van media- en sportgeschiedenis. Persoonlijke noot: mijn moeder lag tijdens het weekend van die eerste EK schaatsten op kunstijs (te Deventer) in het ziekenhuis van Deventer. Alle verpleegsters waren idolaat van Ard Schenk. Dinsdagsochtends werd ik geboren. [correctie 31-1]. Ik werd dinsdags, de week voor dat EK geboren. En verbleef die eerste week in het ziekenhuis.


donderdag 6 januari | 1

Driekoningen. De kerstboom bij het oudvuil, de kerstversiering naar zolder en de kerstkaarten opgeborgen. Dat is traditie. Ik herinner me het pas als iemand -- F. dus -- me erop wijst. F. krijgt kerstkaarten (ik enkel een van mn ouders). F. verstuurt kerstkaarten (ik niet). F. heeft een doos vol kerstversieringen. Vorig jaar hadden we een kerstboompje met kluit gekocht, die wonder boven wonder een heel jaar op een van zon verstoken balkon overleefde. En dus beste wensen, beste lezer.

Ik dacht: vakantie vakantie vakantie. Zeeën van tijd. In praktijk valt tegen wat je in die zeeën van tijd doet. Pagina 34 van Jahrestage, pagina 84 van Mutmassungen über Jakob. De stapel 'nog te lezen' twintigste eeuwse klassiekers groeit. Ongelezen liggen op mijn werktafel: het late werk van Arno Schmidt (-- uitgezonderd Zettel's Traum maar die is ook eindelijk weer in een 'goedkope' uitgave beschikbaar... euh, 145 euro ofzo), de Neveryon-cyclus van Delany, Jahrestage dus; en eergisteren kreeg ik ook nog de 'Annotated Student Edition' van Ulysses opgestuurd, als verlaat kerstcadeau (heb altijd een vreselijke hekel gehad aan de Gabler-editie van 1984). Tja.

Ik dacht: vakantie. Lekker wat aanrommelen, de balans opmaken, opruimen (ook mentaal), eindelijk dat verslag schrijven van de fietsvakantie van drie zomers geleden. Het is Driekoningen en ik constateer dat mijn inschatting van de 'vrije', 'oningevulde' tijd niet erg accuraat was. Zeeën van tijd, droom maar, droom maar.

Vier dagen Terschelling. F. had een kamer gereserveerd in een pension in Hoorn, vlakbij het bos, op 2 kilometer van het Noordzeestrand. Om de jaarwisseling te vieren. (Fijne B&B overigens: De Koegelwieck -- vrij kleine kamer, maar sfeervol (Iers...), goed bed, aardige mensen en flink ontbijt). F. houdt erg van Terschelling. Vandaar. Jammer dat het met openbaar vervoer zo ver weg is, deur tot deur waren we zeven uur onderweg. Voor iemand zoals ik - 'who doesn't travel very well' - is dat ellendig ver. (Goed computer mee, op de heenweg werken verkort de tijd, maar hee, het is vakantie toch?)

Wat vertel je dan over zo'n lang weekend weg? Dat het weer erg goed was -- boven de Waddenzee trok het zwerk open. Het was zacht en de zon scheen vaak en het regende nauwelijks. Dat je wandelingen hebt gemaakt (vrijdags een rondje van 18 kilometer, en dan 's avonds nog naar zee; zaterdags een heel eind de Boschplaat op en terug). Dat je fijn bent uitgewaaid. Dat je tijdens de jaarwisseling op het Noordzeestrand was, waar precies op twaalf uur de bewolking week en de maan haar gereflecteerde licht liet schijnen, en een groep mensen in de duinen vuurwerk afstak. Dat het fijn was om 'er uit' te zijn.

Verder: dat je twee films op televisie zag. Dat je zelfs Lebbis en Jansen op tevee zag, omdat je tot 11 uur oudejaarsavond ouderwets voor de tevee zat. En dat viel niet mee: moppen die het gemiddelde kroegniveau helaas niet overstegen, een angel (en 'angle') ontbrak: voorbeeld van de beroerde staat van den Nederlandschen blanke cultuur -- of, en dat geloof ik liever, zo'n conference is ook maar een snelle schnabbel, makkelijk verdiend geld, en beter worden op de marathon is een heel wat grotere uitdaging. (Dolf Jansen is numero tien van Nederland, ik zie 'm wel ns lopen langs de Amstel, heel wat indrukwekkender dan zijn moppen). Als dat zo is, geef ik 'm niet eens ongelijk. (Ja, dat is cynisch). Armetierig niveau, die Lebbis en Jansen, in vergelijking met Raymann, die ik de volgende ochtend op tevee zag. Vier dagen Terschelling met tevee op de kamer is ook een hernieuwde kennismaking met de stand van den Nederlandschen cultuur buiten het schermpje van je 12-inch-powerbook.

Terug in Amsterdam moest er vanalles heen en weer vervoerd worden en hout gekocht zodat M. een trap voor het huis van F. kan bouwen. Er moesten televisie, videorecorder en stofzuiger worden aangeschaft (want die in het huis van F. zijn niet van haar). Een aansluiting 'op de wereld' is er daar nog steeds niet. Ik neem zo nu en dan wat op video op en dat kijken we dan in 'uitgesteld relais', dat bevalt eigenlijk wel, aangevuld met wat DVDs.

Mooi weer, dus ook vandaag en gisteren de racefiets op voor een rondje van 60 kilometer.

2004: balans van een jaar fietsen. Inclusief mn vakantie in de Picos de Europa heb ik ongeveer 6700 kilometer gereden. Ongeveer, want een deel van de tochtjes heb ik gereden op mn oude Concorde Stelvio, mn vies-weer-fiets, daar zit geen tellertje meer op. Ik zal ook wel ns vergeten zijn om een tochtje te noteren. Ongeveer 6700 kilometer dus. Eerlijk gezegd viel me dat tegen. Want ik heb in totaal op 122 dagen een tochtje gemaakt. Ik heb niet eerder zoveel extreem korte rondjes gemaakt (augustus zat vol met rondjes 'Amsterdamse Bos' van 32 kilometer). Uitgezonderd de vakantie heb ik slechts 7 keer meer dan 100 kilometer gereden, en maar 20 keer meer dan 75. Ik vind het niet veel omdat ik de indruk had dat ik vaak de fiets had gepakt. Indrukken bedriegen. Kenmerkend voor mijn fietsgedrag is wel dat -- de vakantie niet meegerekend -- oktober de meeste kilometers oplevert (bijna 1100).

Zeeën van tijd en bijna niks uitgevoerd. Misschien is dat ook wel eens goed?

archief
links | ik
links | blogs &c.